Dit las ik op nu.nl vandaag.
En dit is nou precies de aanleiding waarom ik vrijwilligerswerk bij de dierenambulance ben gaan doen. Klinkt raar, maar is waar.
8 jaar geleden (goh, zo lang alweer) was ik het zat om iedere dag blij te mogen zijn om op tijd thuis te zijn voor het 8 uur journaal wegens (onbetaald !) overwerken, dus ging ik op zoek naar een andere baan.
Leuke gevonden, leuk bedrijf, leuke doelstelling, leuke collega´s, leuke functie, minder leuke financiers waardoor het na een jaar (2 x) failliet ging.
Allemaal heel vervelend en ik kan er een boek over schrijven (nou ja … meerdere posts dan), over het samenhorigheidsgevoel, over het “wat nu?”-gevoel, maar vooral over de verveling.
De periode vóór het eerste faillissement en de periode hierna (tot het 2e faillissement) waren slopend. Als laatste der Mohikanen moesten we wel aanwezig zijn om eventuele klanten nog te woord te kunnen staan en lopende dossiers af te wikkelen … totdat we ook geen telefoon en internet meer hadden (11 september was voor ons “gewoon” een zweefvliegtuigje tegen een gebouw … totdat we ´s avonds thuis het nieuws zagen).
Ik heb daar op kantoor meerdere Harry P. boeken uitgelezen.
Eén van mijn collega´s, zeer begaan met gehandicapte kindjes, was (toen we dus nog wel internet hadden) op zoek naar vrijwilligerswerk … had ze altijd al willen doen.
Ik had er nooit bij stil gestaan … vrijwilligerswerk … oh ja, dat bestaat.
Maar ik had ondertussen na een aantal weken van niks doen en niet hoeven nadenken, toch zwaar het gevoel dat ik dat ook niet meer zo kon … nadenken. Tsja, en nadenken was mijn manier van werken ergo, nuttig bezig zijn ….
En jezelf nutteloos voelen is echt niet fijn.
Door collega D. realiseerde ik me dat ik me ook op een andere manier nuttig kon maken, dus ik gezocht op vrijwilligerswerk / dieren / Amsterdam en nou ja … tada !!
Ik heb meteen gebeld.
Werd bijna nog afgescheept met: “we nemen geen mensen aan die een baan hebben want de ervaring leert dat deze snel weer afhaken” … nu weet ik dat dat een waarheid is als een koe (om even in de dierensfeer te blijven), maar toen vond ik dat ik gediscrimineerd werd en vond ik het zwaar oneerlijk dat ik niet eens de kans kreeg om te laten zien dat ik het heus wel vol zou houden …
Schijnbaar maakte mijn relaas wel soort van indruk, want ik mocht op visite komen.
En nu 7 jaar, 1 baan en een kind later, rij ik nog steeds 1 x in de week op de dierenambulance.
Sterker nog, ik ga nu m´n boeltje pakken en in de file staan richting een avonddienstje door de stad “crossen”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten